maandag 16 november 2015

Grenzen vervagen

Haar lip trilt, ze ziet haar glas staan en neemt een slokje van de ondertussen lauwe cola. Richard zit nog altijd met zachte ogen oprecht geïnteresseerd naar haar te kijken. De veteraan kijkt met verwondering. De barman is ondertussen gaan zitten aan het tafeltje dat ondertussen blinkend schoon is, het kijkt verdwaasd, verward en verbaasd. Het verhaal is zo bizar dat het eigenlijk niet te bevatten is. Maar ook zo heftig dat het eigenlijk niet te verzinnen valt. Bij zo veel pech valt de overval bij hem afgelopen nacht in het niet. Dat is dan wel eng, maar de schade blijft beperkt en doordat hij meewerkte werden ze niet agressief en waren ze zo weer weg. Haar lijkt het wel te achtervolgen en dat ze dan op een keer knapt, dat begrijpt hij eigenlijk wel. Kick wil niet meer verder, de herinneringen zijn ontzettend pijnlijk. Duke steunt haar, maar het is eigenlijk genoeg geweest voor vanavond. Ze weet niet goed waar ze haar blik moet laten, ze weet dat het belangrijkste deel nog niet geweest is maar ze kan niet meer. De emoties hebben haar leeggezogen.
Richard ziet het ook en hij reikt rustig en voorzichtig met de rug van zijn hand naar haar toe, ze neigt iets naar hem, minimaal maar het signaal is voldoende en hij wrijft tegen de zijkant van haar knie. "kan je nog een heel korte samenvatting geven van wat er volgde? Dan doen we de rest morgen als je daar behoefte aan hebt." Kick knikt, ze kalmeert iets, het was een goede oplossing en het geeft haar rust.
"Ik word wakker in een gesloten inrichting. De zusters zijn er vriendelijk maar al snel blijkt dat ik heel slecht op een hoop medicatie reageer. De emoties vervagen en ik lijk kalmer, maar tegelijkertijd voel ik ook dat mijn grenzen vervagen en na een eerste, gelukkig beperkt, incident, jaagt dat me angst aan. De medicatie wordt opgeschroeft om incidenten te voorkomen en ik voel hoe ik steeds verder een tikkende tijdbom wordt terwijl mijn hoofd tegelijkertijd steeds bedompter wordt. Alle gedachten zakken naar de achtergrond, naar een waas, behalve één. Ik moet daar weg. Ik moet daar echt weg. En uiteindelijk lukt het me om door de deur van de afdeling te glippen. Een zuster probeert me nog tegen te houden maar de zuster vliegt enkele meters door de lucht voordat ze tegen de muur aan knalt. Beneden is voor mij geen mogelijkheid  om te ontsnappen, in de weinige momenten met iets zicht is me dat wel duidelijk geworden, en dus vlieg ik dwars door het raam op de eerste verdieping. Ik kan me vastgrijpen aan de boom die er schuin voor staat en van daaruit kan ik me gemakkelijk naar beneden laten vallen. Ik ren weg en doordat het pand in een wat bossige omgeving staat ben ik al snel in mijn element. Mijn conditie is belabberd van de tijd dat ik daar ben geweest en mijn hoofd is mistig van de medicatie, na een eindje rennen besluit ik dat ik ver genoeg weg ben. Ik klim in een hoge boom en wordt, blijkt naderhand, pas ruim 3 dagen later weer wakker.
Mijn lichaam voelt slap en ik heb een gigantische kater van het cold-turkey van alle medicatie af raken. Het heeft lang geduurd maar uiteindelijk heb ik alle eindjes netjes weggewerkt. In het land waar dit afspeelde word ik niet meer gezocht en hoor ik niet meer thuis in een gesloten inrichting. Maar dit is het kritieke omslagpunt geweest waar ik van angstig en wat claustrofobisch naar kleine ruimtes en insluiten ben gegaan naar doodangsten en volledig de weg kwijtraken. IK ben later in een totaal andere situatie gemarteld en hoewel dat qua pijn erger was, was daar in ieder geval de intensie de uitvoering. Ik kon er niet tegen dat de zusters me echt probeerden te helpen maar me gruwelijk in de vernieling aan het werken waren. Het kwam niet goed, en het kwam niet goed omdat ze me hielpen. Ik had enkel tijd nodig, geen medicatie. De grootste angst is dat ik mijn vrijheid verlies en daarmee de controle over mijn medicatiegebruik. Het is nog niet mis gegaan, maar het is tijdens mijn institutionering wel twee keer bijna mis gegaan, ik had daar bijna iemand gedood doordat mijn grenzen vervaagd waren en ik weet niet of ik daar mee kan leven, als ik iemand dood omdat ik mijn zelfbeheersing kwijt ben. Dat mag Echt niet gebeuren."
Kicks hoofd deint een aantal keer op en neer terwijl ze de conclusie in haar hoofd accepteert en dan pakt ze haar glas cola. Met kleine slokjes drinkt ze hem leeg terwijl de stilte de ruimte vult, haar verhaal wordt nagekauwd, een hoop raadsels zijn voor Richard opgelost, een hoop raadsels zijn er voor de barman en de veteraan bij gekomen. Haar leven is geen leven dat je wilt leven, maar toch is zij uiteindelijk blij haar leven te leven. Ze leeft niet voor niets nog steeds.

De muur uitbreken

"Als ik weer bijkom voelt mijn lichaam anders, verward. Het is nog wel wat slap, maar al veel minder dan eerst. Maar de emoties zijn nu wel aanwezig, ze volgen alleen niet de gedachten. Alle emoties razen door elkaar: angst, blijdschap, woede, afschuwing, verdriet, verbazing, angst. Ik ben weer in een andere ruimte, deze ruimte herken ik wel, het is een cel. Nog steeds heb ik geen zicht en opeens hoor ik de deur van het slot gehaald worden. Ik schiet rechtop en spring naast mijn bed. Met moeite weet ik mijzelf staande te houden als de deur open gaat en er staan 2 agenten. Ik word aangesproken maar merk dat ik moeite heb mijn aandacht bij het gesprek te houden. Dan stapt er één offensief naar mij toe en ik wil direct de aanval ingaan, maar mijn lichaam reageert vertraagd. Hij deinst wat terug en ik zet de aanval niet door. De ander begint weer tegen mij in te praten, antwoorden uit te lokken, maar de tekst dringt maar beperkt tot mij door en van antwoorden is sowieso geen sprake. Opeens besef ik me iets, waar is Blind Eye? De agenten staan voor de vrijwel gesloten deur dus dat is geen optie, maar ik moet haar gaan zoeken, ik moet weg daar! Ik focus me op de meest waarschijnlijke manier naar buiten. De muur tegenover de deur. Dan vlieg ik die aan. De agenten aarzelen even als ik de muur aanvlieg maar proberen dan in te grijpen. Ze worden offensief en dus vlieg ik hen aan. Dan blijkt de deur vrij te zijn en probeer ik hem open te duwen maar het gaat niet. Met grof geweld beuk, schop en sla ik tegen de deur maar hij blijkt minder mee te geven dan de muur dus ik ga toch weer voor de muur. De agenten staan tegen de zijwand aan, ik negeer ze en begin furieus de muur te rammen. Ik moet weg, ik moet naar haar toe. Ik moet! Op een keer zijn de agenten weg. Ik heb ze niet vertrekken maar ze waren weg en de deur is dicht. Mijn handen bloeden en een teen is gebroken maar ik ga door, ik moet Blind Eye zoeken.
Opeens word ik tegen de muur gedrukt. Wat doet dat en hoe komt het binnen? IK heb geen deuren gehoord en mijn zicht is nog altijd afwezig. Het zijn schilden, besef ik me. Met twee schilden word ik tegen de muur gehouden. Ik probeer me te verzetten maar het lukte niet. Met mijn hoofd kan ik nog wat bewegen en dus sla ik ermee heen en weer proberend wat meer ruimte te creeëren. Dat ik daarmee ook tegen de muur sla interesseert me niet, ik merk het niet eens. Mijn hoofd wordt even naar achteren gehouden als ik weer ermee probeer te slaan en er wordt iets tussen mijn hoofd en de muur geschoven. Daarna drukken ze mijn hoofd er tegen aan, het is een beetje zacht. Ik probeer me nog altijd te verzetten maar de beweging met mijn hoofd is beperkt en ook mijn lichaam kan eigenlijk niet echt bewegen. Hoe lang het duurt weet ik niet maar opeens voel ik een hand vastgepakt worden. De druk wordt iets van het schild bij die hand afgehaald, maar zelfs het kleine beetje verschil is al te veel. Ik duw mijzelf zijwaarts en draai me een klein beetje zodat ik mijn voet tegen de muur kan zetten en me kan lanceren. De schilden klappen tegen de muur aan.
Er staat een broeder naar me te kijken, ontspannen, nonoffensief. De deur is open. De deur is open! Een andere broeder staat vlakbij de deur en hij ziet me kijken. In het moment dat ik erheen wil duiken springt hij er ook voor, naar achteren gebogen en met zijn handen en voeten tegen de deurpost aan beide zijden. Hij is non-offensief en dus kan ik niet door hem heen. Ik brul tegen hem en begin de deurpost en de muur naast de deurpost te slaan te schoppen. Hij wordt lijkbleek maar blijft moedig de deurpost vasthouden, hij blijft nog altijd non-offensief. Dan voel ik van achteren een arm om mijn nek geslagen worden. Ik val stil, heel even. Dan ga ik verder met de deurpost en de muur aanvallen, de arm wordt aangespannen. Nog enkele seconden ga ik door, daarna, niets meer."
Ze kijkt naar haar knokkels en haar vingergewrichten. Ze zijn beschadigd en misvormd door de slijtage en het vele littekenweefsel. Het was toen de eerste keer, maar zeker niet de laatste keer dat ze via de muur weg probeerde te komen. Haar handen laten er de sporen van zien.
"Als ik weer bij kom lig ik met mijn buik op de grond, een kussentje onder mijn hoofd en mijn armen in een gespreidde houding. Mijn benen zijn gekruist en omhoog naar mijn rug gevouwen, op het kruispunt wordt druk uitgeoefend. Mijn armen worden bij mijn schouders en net onder mijn ellebogen geblokkeerd, mijn hoofd wordt zijwaarts tegen het kussentje aangedrukt. Er wordt een naald in mijn arm geschoven en ik probeer me te verzetten. Er wordt tegen me gepraat maar het dringt niet tot me door wat ze zeggen. Waar is Blind Eye? Ik wil naar Blind Eye toe. De tranen lopen over mijn wangen en ik voel de vechtlust uit me zakken. Ik word nog altijd gefixeerd, maar er is rust in de ruimte. Er is geen stress meer behalve die van mij. Mijn zicht keert een klein beetje terug en ik heb zicht op hoe de mannen en vrouw mij vasthouden. Ze zijn ingespannen, maar niet meer boos. Er is geen agressie en eigenlijk zelfs geen offensieve houding meer. Het is een feitelijke houding, er wordt gewerkt vanuit rust. Een broeder vangt mijn blik, het zijn zijn woorden die tot me door dringen 'alles komt goed meis, we gaan je helpen. Alles komt goed.' zijn woorden zijn de waarheid, hij gelooft er stellig in en ik klamp me eraan vast.
'Amanda, mijn meisje, Amanda' fluister ik. Terwijl de kalmerende middelen mijn geest steeds leger maken. 'Is Blind Eye je dochtertje?' vraagt de broeder en ik probeer te knikken. 'waar is ze?' vraagt hij en de desolatie in mijn ogen wordt direct zichtbaar. 'ik weet het niet' piep ik, de tranen rollen uit mijn ooghoeken 'ik weet het niet' fluister ik nogmaals, de medicatie drukt de emotie weer weg, mijn blik gaat blank, mijn zicht is weg. 'we gaan je helpen meis. Het komt goed.' het is de broeder, zijn woord is waarheid, ik klamp me eraan vast. Dan voel ik hoe de medicatie het laatste stukje van me meeneemt en ik sluit mijn ogen."

De desolatie

"Ik werd wakker en ik wist dat het mis was. Ik was niet thuis en Blind Eye was nergens te bekennen. Waar was ik en waar was zij? Eigenlijk wist ik het wel, The Great Spirit, haar god als het ware, had zijn krachten weer laten zien en ik kon alleen maar bidden dat hij Blind Eye veilig bij haar pleegouders had gelaten en dat Spock bij haar mocht blijven. Ik zou het mogelijk nooit te weten komen en de eerste twee dagen was ik volledig van het padje af. Maar op den duur moet je eten en ik ben een winkelcentrum ingegaan. Ik was baldadig, ruziezoekend, verdwaald in mijn hoofd en nadat ik wat te eten had gekocht kreeg ik net buiten de winkel mot met iemand. Het zou op een potje knokken uitgelopen zijn als de politie niet voortijdig ingreep en ik was in staat om ze aan te vliegen maar toch, toch deed ik het niet. Politie zijn werklui, ze doen hun werk en dat geef je ze mee. Ze splitste ons op en lieten ons met onze ruggen naar elkaar toe praten, ieder tegen een andere agent. Opeens draait mijn tegenstander zich om en doordat ik nog steeds met mijn hoofd grotendeels bij Blind Eye ben reageer ik vertraagd. Hij krijgt de kans me een vuist tegen mijn kaak te geven als ik bezig ben om te draaien en een fractie van een seconde heb ik mijzelf nodig om daarvan bij te komen, maar sneller dan de agenten en dan hij verwacht haal ik keihard uit met mijn voet. Ik schop hem dusdanig hard dat hij tegen de wand aan vliegt en daar in elkaar zakt. De agent die met hem stond te praten springt er direct voor en de ander raakt me aan om me af te leiden, maar op dat moment ben ik niet meer voor rede vatbaar. Ik zie geen agenten meer, geen redelijkheid, geen afleiding. Ik zie tegenstanders en een ieder die me vanaf dat moment offensief benaderd wordt keihard aangevallen. De agenten moeten alle zeilen bijzetten om henzelf veilig te stellen en pepperspray lijkt niets te doen. Het brandt wel, maar ik doe mijn ogen dicht en zet mijn zicht in. Mijn longen negeer ik. Het was allemaal met een soort van sisser afgelopen als het politiebureau niet om de hoek had gezeten. Op het moment dat mijn tegenstanders niet langer offensief zijn, zijn het geen waardige tegenstanders meer. Het gevecht moet altijd van twee kanten komen.
De agenten waren achteruit rechtop aan het krabbelen toen de versterking kwam en versterking komt altijd offensief. Ik had nieuwe tegenstanders en ging er weer vol in. De wapenstokken werden ingezet maar er zat geen rem meer op me. Op een bepaald moment raakt de ene agent me met een wapenstok op mijn kuit zodat hij een ijsbeen veroorzaakt terwijl ik een andere agent die me wil sprayen raak en ik door de klap op mijn kuit mijn mond open doe terwijl ik een kreet geef en de andere agent door mijn aanval lager sprayt en mij dus vol in mijn bakkes sprayt. Ik raak in gigantische hoestbui terwijl mijn ene been even geen gewicht kan dragen en ze kunnen mij eindelijk overmeesteren. Handen en voeten gekluisterd hebben ze me snel naar het politiebureau verplaatst terwijl ik aan het vechten was om adem te halen. Eenmaal daar was de ambulance ook snel ter plaatse. Er werd een infuus aangesloten en ik heb zuurstof met iets gekregen en langzaam aan ging het met mijn longen steeds beter, maar in mijn hoofd was het mis. Nu ik niet al mijn aandacht meer bij mijn longen moest hebben vocht ik als een leeuw om mijzelf te bevrijden en terwijl ze me met 4 man onder controle hielden werd er iets bij het infuus gedaan. Ik herinner me daarna alleen nog maar vage vlekken en krachtsverlies voordat het licht helemaal uit ging." Kick kijkt wat verwonderd naar haar hand terwijl ze hem een aantal keer opent en sluit, de agent en de veteraan kijken met open mond naar haar en ook de barman staat met aandacht te luisteren terwijl hij een tafel in de buurt schoon aan het maken is die al volledig schoon is. Er zijn geen andere gasten meer. Wanneer ze zwijgt beseffen de twee mannen dat hun mond open is en ze sluiten hem, die beweging brengt Kick weer terug naar de werkelijkheid en met zachte treurige ogen kijkt ze hen aan, dan gaat ze verder.
"Als ik wakker word voel ik dat alle emoties vaag zijn, alles is verzwakt. Ik heb andere kleding aan dan toen ik out ging. Mijn spieren zijn gigantisch zuur en mijn ogen branden, de kamer waar ik in lig is simpel ingericht en het is er warm. De deur naar de gang is dicht. Ik probeer zicht te krijgen of de deur op slot zit maar dat gaat niet. Waarom gaat dat niet? Ik voel onrust in mijn lichaam, maar voel tegelijkertijd hoe het onderdrukt wordt. Ik probeer op te staan maar mijn lichaam wil niet erg mee werken. Het is zwak, niet alleen maar zuur. De spieren willen zich nauwelijks aanspannen en door mijn linkerkuit gaat een pijnscheut als ik hem wil verplaatsen. Pijn, daar, dat was ook zo, ik vraag me af hoe het met mijn tegenstanders gaat. Dan besef ik dat ik nog niet aan Blind Eye gedacht heb, dat ze heel even uit mijn gedachten was verdwenen en de pijn raakt me door de medicatie heen. Ik dwing mijn lichaam op te staan, ik moet weg, ik moet weg, ik moet weg! Ik kom bij de deur terwijl ik mijzelf tot het uiterste dwing om rechtop te blijven staan. De deur zit op slot en ik zak door mijn knieën heen. De medicatie wint het weer van de emotie en mijn gedachten worden zachter. Letterlijk zachter. Ik geef voor nu het gevecht op en zak in een gedachteloos gat, mijn lichaam compleet versleten van de inspanning van het naar de deur lopen. Als de deur open gaat reageer ik niet eens. Ik word opgevangen als ik omval omdat ik geen steun meer heb aan de deur en word rustig op mijn zij gelegd. Even later word ik door twee personen op bed gelegd. Er wordt tegen me gepraat, maar de woorden dringen niet tot me door. Ik ben kapot."
Opnieuw zwijgt Kick. Waar ze op eerdere moment nog zweeg omdat de herinnering zelf zo pijnlijk was, zwijgt ze nu omdat de herinnering stilvalt. De blankheid die de medicatie de eerste dag veroorzaakte was overweldigend. Alles werd naar de achtergrond geschoven, er was niets meer.

Het herstel

Terwijl we naar zijn auto liepen kreeg ik opnieuw een belletje. Het was een broeder deze keer, of ze nog medische indicaties had. Opnieuw gaf ik aan dat ze cc- was, dat ze geen bloedtransfusies mocht. Hij gaf aan dat ze haar gestabiliseerd hadden en dat ze naar het ziekenhuis gevlogen zou worden. Ze zou geopereerd moeten worden dus ik kon wel die kant op komen maar het had geen haast, ze was in goede handen en ik zou niets bij kunnen dragen. Ik ging toch met spoed. Mijn meisje..." tranen wellen in haar ooghoeken op. Ze kon er niets aan doen, de vreselijke angst en pijn waren nog altijd diep. Richard en de veteraan keken haar begrijpend aan en blijven zwijgen. Ze ademt een aantal keer diep in en uit, dan gaat ze verder.
"de hele reis is de man van de marechaussee tegen me blijven praten, moed aan het in  blijven praten, me rust aan het inpraten, terwijl ik kapot aan het gaan was achterin de auto. Mijn meisje, mijn meisje, mijn arme meisje. Eenmaal in het ziekenhuis is hij bij mij gebleven terwijl ik het ernstige nieuws te horen kreeg van hoe mijn meisje er aan toe was.
Haar lever was gescheurd en ze gingen proberen daar 30% van te redden, ze had drie breuken in haar wervelkolom, waaronder in haar nek. Ze had een schedelbasisfractuur, en een scheurtje in haar schedel, daarnaast had ze nog 19 andere breuken en 11 fissuren verspreid over haar lichaam. Ze was echt volledig gebroken en de overlevingskansen waren klein, zeker omdat ze geen bloedtransfusies mocht. Of ik het echt niet toe ging staan. Ik was verbijsterd, want dat ze niet mocht had niets met mij te maken. CC- betekent in het beste geval dat er enkele bloeddonors zijn die haar bloed kunnen geven, eigenlijk altijd familie, die exact dezelfde samenstelling hebben, maar meestal betekent het dat er alleen eigen bloed gebruikt kan worden en ze was nog zo klein dat er nog geen bloed van haar was opgeslagen. Ik was in het verleden wel getest, maar haar en mijn bloed weken te veel af en gaven al verklonteringsverschijnselen. Ik was geen match en dus moest ze het echt op eigen krachten doen.
De zuster gaf aan dat de bloedtest AB+ aangaf, en dat bloed was er. Moeizaam gaf ik aan dat ze de andere test ook moesten doen. Een bloedgroep testen kan op twee manieren, je kan kijken bij welke plasma's de rode bloedcellen van de patient verklonteren, je kan ook kijken welke rode bloedcellen bij het plasma van de patient verklonteren. Normaal komt er uit beide testen dezelfde uitslag, bij cc- dragers komt uit de eerste test AB+ en de tweede test O-. Omdat ik erop aandrong werd de tweede test ook gedaan, ze bleek inderdaad twee verschillende testresultaten te geven, en ook de zuster begreep nu wat CC- betekende, dat het geen kwestie was van niet willen maar medisch gezien echt niet mogen, die bloedtransfusies. Het klonk flauw om er zo op door te drammen, maar anders liep ik het risico om uit de ouderlijke macht geplaatst te worden tijdelijk om zo toch deze actie uit te kunnen voeren en haar overlevingskansen waren al zo minimaal.
Uiteindelijk heeft ze 12 weken in het ziekenhuis gelegen, ze heeft het overleefd en toen ze eenmaal goed bij kennis begon te komen en niet meer in de war was door de pijnmedicatie begon ze te vragen naar Jantje. Ze begon ook te vertellen wat er gebeurde en uiteindelijk kon ik uit haar beschrijving opmaken dat er waarschijnlijk een zenuw klem is komen te zitten doordat er bij het artrosedeel wat verkeerd schoof. Die pijn heeft Jantje gek gemaakt en heeft het ongeluk tot gevolg gehad. Pure pech dus en eigenlijk had ze altijd gelijk gehad dat het paardje kapot was geweest. Ook gaf ze duidelijk aan weer te willen paardrijden zodra het kon en dus ben ik op zoek gegaan naar een klein vriendelijk uiterst braaf heel paardje en ik heb er eentje gevonden, een week voordat ze ontslagen werd. Ruby was het helemaal en zodra ze mocht van de artsen zijn we iedere dag erheen geweest.
Blind Eye bleek psychisch toch een behoorlijke opdonder gehad en de stapjes waren klein. Aan het begin was aaien met de staldeur ertussen al het matje, maar ze wilde zo graag dat we iedere dag bleven gaan en iedere dag ging ze weer een klein stapje verder. Uiteindelijk klom ze erop, nog wat later stapte ze rond en 4 dagen voor haar 4e verjaardag was ze voor het eerst weer in galop. De gang waarin het allemaal mis was gegaan. Ze vond het geweldig, hoewel ze het ook heel eng vond. De dag daarna was alles anders." Kick zwijgt. Eigenlijk was het gehele stuk over haar dochter een opbouw naar wat er nu aan tekst moest komen. De tijd waar ze niet aan terug wil denken, de desolatie die ze nog altijd voelt. Met trieste ogen kijkt ze om zich heen, Duke drukt zich opnieuw tegen haar aan, Richard knikt bemoedigend. Ze haalt nog eens diep adem.

Kick vertelt

"Hij werkte wel. Zonder Duke hadden jullie me die keer onder controle gekregen. Maar de angst is te groot en dan grijpt Duke in." Richard trekt kort zijn wenkbrauwen op. Dus toch. Er was een hoop discussie geweest waar het nou fout was gegaan. Alles ging zoals het hoorde, maar toch ging het niet.
"Het klinkt alsof de angst immens is, kan je wat inzicht geven hoe dat kan?" Kick aarzelt. De informatie kan hem helpen haar gedrag beter in te schatten en dat kan veiligheid bieden later, het kan ook zorgen dat het gigantisch uit de hand gaat lopen. Hij kijkt haar vriendelijk aan, geïnteresseerd maar niet eisend, ze sluit even haar ogen en haalt diep adem.
"Ik ben opgegroeid op heel veel plaatsen, door familieomstandigheden kon ik niet bij mijn moeder blijven, mijn vader heb ik nooit gekend. Ik werd gezien als een lastig kind en ik heb ontzettend veel pleeghuizen gezien. Uiteindelijk heb ik van mijn 8e tot mijn 11e op een militaire kostschool gezeten, nadat jeugdzorg geen raad meer met mij wist. Het was mijn eerste echte thuis. Maar voordat daar eenmaal beland was, had ik al een hoop narigheid meegemaakt. Het hebben van minimaal één vluchtweg betekende dat ik mijzelf in veiligheid kon brengen als het weer eens fout ging. Ik heb periodes als straatrat geleefd, want dat was veiliger dan in de volgende pleeglocatie. Wat ik wel altijd heb geprobeerd te doen was in de Martial arts actief te zijn. Meestal was er wel een dojo waar ik, als ik hielp met spullen sjouwen, gratis mee mocht doen en anders mocht ik vaak in ieder geval aan de kant kijken. Zo ben ik al vroeg, met 6, aan de naam Kick gekomen, en meer dan eens heeft deze hobby mijn leven gered. Toen ik 13 was raakte ik zwanger na een groot martial arts toernooi waar ik tweede was geworden. De kampioen en ik waren dronken en het is uit de hand gelopen tijdens het kampioensfeest. Met mijn hoeveelheid geluk was het dan ook direct raak. 8 maanden later werd mijn dochtertje geboren, een bundeltje gelukzaligheid en hoewel ik er hemel en aarde voor heb moeten bewegen, kon ik voor haar blijven zorgen. Ik was opeens volwassen en na enige tijd was er een pleeggezin die ons beide in huis wilde nemen en besefte dat ik wel de moeder zou blijven van Blind Eye, zoals de bijnaam van mijn dochter is. Haar ogen hebben een visus van minder dan 0.1, maar gelukkig is haar zicht geweldig. Hoewel dat niet in visus te meten valt, zou het een visus van meer dan 2 zijn. Haar ogen waren volledig wazig en ze droeg vaak een zonnebril omdat mensen haar dan serieus namen, anders zagen ze haar enkel als hulpeloos terwijl ze dus eigenlijk overal zicht op had, ze kon alleen geen kleuren zien, want dat is iets dat alleen met je ogen kan. Zicht kan je het beste vergelijken met een infraroodcamera." Ze stopt even met vertellen, ze heeft Blind Eye al lang niet meer gezien en ze mist haar vreselijk. Even is ze terug bij haar, met een arm om haar heen kijken ze samen naar de wereld zoals alleen haar familie dat kan doen. De veteraan en Richard kijken geïnteresseerd, maar zwijgen, wachtend totdat zij zo ver is dat ze verder kan gaan of aangeeft niet verder te willen.
"Dit pleeggezin was een goeie, en samen groeiden we op. Blind Eye was dol op dieren en ook dol op Spock, mijn hulphond van dat moment. Maar haar grote liefde lag bij de paarden en uiteindelijk mocht ze met 3 jaar op de manege gaan paardrijden. Ze werd altijd op een oude pony ingedeeld en ze vond dat hij kapot was. Hoewel ze niet exact kon benoemen wat er aan de hand was, had ze wel gelijk. Hij had ernstige artrose en andere botwoekeringen maar de manege was heel duidelijk, of ze gaat op dat paard, of ze rijdt helemaal niet. Het was een extreem braaf paardje en ze wilde erg graag, dan toch op de kapotte, en ik vond het goed. Jantje heette hij. Een half jaar reed ze al, toen ik voor één keer er niet bij was. Ik was naar de luchtmachtdagen en haar pleegmoeder was mee naar de manege. Het was een slechte dag en er waren op de luchtmachtdagen al twee incidenten geweest toen ik het  belletje kreeg." ze slikt en Duke drukt zijn kop tegen haar aan. Kut, ze wil er niet aan terug denken, maar ze kan niet anders. Het hoort erbij, het verhaal is anders niet compleet. Ze slikt nogmaals en gaat dan verder.
"Het was de manege-eigenaar, dat er een ongeluk gebeurd was en dat de ambulance onderweg was, of Blind Eye nog allergieën of zoiets had waar rekening mee gehouden moest worden. De grond werd onder mijn voeten weggeslagen en een fractie van een seconde had ik al mijn aandacht nodig om niet om te vallen. 'ze is cc- dus ze mag geen bloedtransfusies, ze is cc-' weet ik uit te brengen. Dan vind ik mijn balans weer terug en vraag wat er exact aan de hand is. Jantje blijkt opeens als een idioot te zijn gaan bokken, Blind Eye is in paniek geraakt maar wel blijven zitten en toen heeft Jantje geprobeerd via de spiegel de bak uit te springen. Achter de spiegel zat een betonnen wand, Jantje was op slag dood maar Blind Eye was bewusteloos. Ze houden haar stabiel en de ambulance is al onderweg, of er echt niet meer medische aandachtspunten zijn. "Nee, ze mag echt geen bloedtransfusies.", dan wordt er opgehangen. Ik wil nog maar één ding en dat is terug daarheen. Ik had mijn eerste rijlessen al gehad en wist dat ik kon autorijden, maar ik had geen auto tot mijn beschikking. Iemand van de marechaussee komt aanlopen, het is een man die me bij een vorig incident al geholpen had. 'Gaat het wel?' vraagt hij en ik geef aan dat ik nu per direct terug ga naar mijn woonplaats. Als hij vraagt hoe, geef ik aan met de auto. Hij trekt een wenkbrauw op en geeft aan dat ik geen rijbewijs heb. 'Dat maakt niet uit, ik ga nu terug'. Hij blokkeert mijn pad en vraagt me mijn autosleutels te geven. 'die heb ik niet.' opnieuw gaat zijn wenkbrauw omhoog. 'Hoezo wil je terug?' vraagt hij, terwijl hij me blijft blokkeren. 'mijn dochter, er is een ongeluk gebeurt.' stamel ik. Hij zegt dat hij heel even iets moet regelen en dan rijdt hij mij. Hij wist dat het gevecht met mij aan gaan een nare strijd zou worden en hij begreep het wel. Hij begreep me altijd. Het was een goeie, een echte wesp. En hij wist dat de strijd aangaan of mij rijden de enige twee opties waren. Hij reed.

Het team van Richard

"Ze zijn op het huis." Kick en Richard reageren sychroon, synchroon verbaasd. Dat was nergens voor nodig, maar ze zagen ook de blijdschap die het de barman bracht om dat te zeggen.
"Jullie zijn de helden van de avond, ieder op zijn eigen vlak." probeert de barman uit te leggen. Ze knikken begrijpend. Ze weten dat het misschien voor hen wel overdreven voelt, dat ze maar deden wat ze nodig hadden geacht, maar puur technisch gezien was het waarschijnlijk wel zo. In ieder geval voor Kick en Duke. Ze gaan aan een tafeltje zitten tegen de wand aan, een beetje in de buurt van de veteraan, met Kick aan de kant van Duke. Door het lopen van hen nadat ze bij de bar waren geweest werd de veteraan even wat uit zijn concentratie gehaald. Hij merkt Duke op en die staat rustig op om nu dan wel zijn aai te halen. De aandacht van de man is nog niet verder gegaan dan Duke. Kick herkent het wel, door de wereld zo klein mogelijk te houden is het behapbaarder, voelt het veiliger, hoef je aan minder dingen iets te doen. Vanaf een veilige basis kan je dan verder uitbreiden.
"Ha, mooie jongen." het zijn de eerse woorden die Kick hoort van hem. Duke heeft het weer gedaan. De veteraan kijkt rond, verbaast als hij merkt dat zij en Richard nu samen zijn en in zijn buurt zijn gaan zitten. Hoewel dat laatste hem eigenlijk nog het minst verbaast. Het blijft immers wel Kick haar hond en ze heeft hem niet voor niets. Hij had iets meegekregen van haar gedrag buiten op het plein en dat was niet kinderachtig. Maar ze lijkt geen militair te zijn, waar zou ze dan deze schade hebben opgelopen?
"Het is fijn om toch nog even binnen te gaan zitten." Richard kan de opmerking niet volledig plaatsen. Hij begrijpt wel dat het fijn is, maar hij weet niet goed wat hij met de Toch moet doen.
"Hoe bedoel je?" Kicks blik verzacht, verdwijnt in de verte. Duke blijft wel bij de veteraan maar zijn blik focust zich op haar. Dit blijft iets dat voor haar lastig is. Na zo'n activiteit binnen gaan zitten, bij een wesp gaan zitten, met de rug naar de uitgang gaan zitten, niet een direct vrij vluchtpad hebbende. Maar zij is blij dat ze het toch gedaan heeft. Het is goed voor haar.
"Dit soort plaatsen blijven voor mij een drempel." opeens beseft Richard het, ze is ook nooit bij binnendemonstraties. Die worden ook zo veel mogelijk voorkomen en zijn dus ook vrijwel altijd illegaal en lopen daarom vaak uit de hand, maar op zich zijn uit de hand lopende demonstraties voor haar geen issue zover hij weet, net zo min als illegale demonstraties. Maar bij binnendemonstraties is ze gewoon nooit aanwezig.
"Je lijkt het niet zo op afgesloten ruimtes te hebben, of wel?" ze schudt zachtjes haar hoofd. Het niet zo op afgesloten ruimtes hebben is een behoorlijke understatement. Maar ze weet ook wel dat hij dit bewust doet. Hij is haar aan het overtuigen om haar verhaal te doen, om zich naar hem te openen. Ze weet alleen nog echt niet hoe ze daar op in wil gaan, of ze daar op in wil gaan. Ze weet het gewoon niet. Of eigenlijk, weet ze het heel voorzichtig wel. Heel voorzichtig begint ze voor hem te voelen wat bij de leden van Team hoort. Ze wil er nog niet aan toegeven, het is te lang geleden dat ze echt in het Team gewerkt heeft, te lang geleden dat ze echt positief naar politie is geweest. Maar ze weet wel wat ze voelt. Ze voelt veiligheid bij hem en ze weet dat dat gevoel groter wordt naarmate ze meer op elkaar ingespeeld raken. Naarmate hij meer van haar weet en zij ook wat meer van hem. Maar dat laatste hoeft hij niet te vertellen, hij moet het laten zien. Door meer met hem om te gaan ziet ze steeds meer signalen van hem en het is een goeie. Hij geeft de juiste signalen af, hij behoort zelfs bij de wespen tot de elite of dat nu werkelijk (wettelijk) zo is of niet, dat maakt niet uit. Hij is gewoon ontzettend goed.
"Dat klopt, des meer afgesloten des te meer kans op ingesloten, des te meer kans op verkeerd handelen en des te meer kans op paniek." Aan de ene kant heeft ze nu een heel groot iets verteld, deze tekst geeft ontzettend veel inzicht in wat er bij een hoop demonstraties is misgegaan. Aan de andere kant geeft het ontzettend weinig tekst over de achtergrond van deze paniek. Waarom is ze zo bang om ingesloten te worden? Hij weet het niet. Hij weet wel dat wat zij beschrijft aan paniek bij insluiten het grote struikelblok tot nu toe is geweest. Die paniek is zo extreem en zij is zo extreem sterk, dat daar eigenlijk niets tegen bestand is.
"En paniek moeten we voorkomen." ze knikt, weer ziet hij haar even verdwalen. Dan is ze er weer bij.
"De paniek is angstaanjagend." even aarzelt ze "Waarvan ken ik u, van welke demonstratie kent u mij?" de vraag is er eindelijk uit, ze heeft het opgegeven om er zelf achter te komen. Hij glimlacht en knikt een soort van, ze is erg nieuwsgierig wat hij gaat antwoorden.
"Ik heb er nu 16 met u op de teller staan, maar ik ben vrijwel niet in beeld geweest. Ik denk dat de demonstratie in New Orleans wel een duidelijke indruk heeft achtergelaten. Duke heeft mijn team nog genegeerd toen terwijl hij met jou aan de slag was." Haar mond valt open. die heeft inderdaad indruk op haar achtergelaten. Dat team was goed, één van de tien allerbeste die ze ooit is tegengekomen als wespen en dat zijn er honderden over de hele wereld, ze doet haar mond weer dicht. Als Duke er toen niet geweest was had dat team haar onder controle weten te krijgen ondanks dat ze in een volle Flash schoot. Ze voelt weer hoe de angst haar hele lichaam in beslag nam. Duke raakt haar aan. Hij was toch bij de veteraan? Hij staat nu bij haar, beheerst springt hij op en legt hij zijn voorpoten op haar schoot en zijn kop tegen haar borst. 'dank je Duke' ze legt haar arm om zijn nek heen. De angst zakt weer wat. De agenten handelden correct, ze gaven haar geen ruimte om weg te komen maar in tegenstelling tot wat de meeste agenten doen, Wesp of niet, ze waren niet offensief naar haar, maar defensief. Ze hadden blijkenbaar aangevoeld dat dit de veiligste manier van handelen was. Toch kwam ze steeds dichterbij, totdat ze het niet meer trok en Duke ingreep. Toen ze weer eenmaal terug was bij de realiteit richtte Duke zich op hen en de situatie was toen al dusdanig weer veranderd dat ze haar lieten gaan. Het gevecht aangaan was op dat moment niet te verantwoorden, hoe graag ze haar ook wilden hebben. Ze is de demonstratie uit gevlucht en ondanks dat de demonstratie nog 3 dagen duurde, is ze niet meer teruggegaan. Het was duidelijk haar grens geweest.
    "De defensieve voorwaartse ingreep." Richard kijkt veelbetekenend. Ze heeft het exact herkent, de manier van ingrijpen die zelden wordt toegepast omdat hij zeer lastig is. Iedereen moet namelijk defensief blijven handelen maar klaar zijn om in te grijpen als het, ondanks de defensieve houding, toch escaleert. Zijn team kan het, het was één van hun specialisaties en het was de reden dat uiteindelijk zij de regie bij Kick hadden gekregen. Offensief naar Kick reageren was namelijk al meerdere malen gruwelijk uit de hand gelopen. Duke kan flink bijten, de meeste slachtoffers zijn maanden uit de running. En ook Kick kan hard ingrijpen. Als zij schopt, breken er dingen. Dat ze Judoot, verbaast hem, hij had een krachtigere sport verwacht.
"Juist, het verbaasde ons dat hij alsnog niet werkte. Aan het begin leek je er wel goed op te reageren." Kick haalt een keer diep adem.

Een stukje achtergrondinformatie

"Goedenavond." De barman kijkt op. Hij had duidelijk geen nieuwe klanten meer verwacht en ook geen behoefte meer aan nieuwe klanten. Het was een zware dag voor hem geweest. De meeste volwassenen die bij de overval aanwezig waren, zaten er nog steeds. Duke draalt direct af, dat is niets voor hem, maar ze weet het wel. De veteraan zit er nog altijd. Ze laat zijn riem los en hij loopt op zijn statige zelfverzekerde manier op de man af, die diep in zijn gedachten verzonken zit. Richard schudt zachtjes zijn hoofd, zij heeft Duke nodig en de veteraan is met heel andere dingen bezig en kan juist van hem schrikken.
"Voor mij graag een koffie." zegt hij, als ze bij de bar zijn gekomen. De barman lijkt hen herkend te hebben. Zijn blik verandert en hij wordt weer meer ontspannen.
"Een cola voor mij graag." Kick voelt hoe de sfeer steeds verder in het café ontspant. Grappig, wat een verschil het kan maken als bepaalde personen binnenkomen en herkend worden. Ondertussen is Duke aanwezigheid heel beheerst kenbaar aan het maken. In tegenstelling tot wat de meeste honden doen, gewoon een aai komen halen, is hij op een afstandje bij de man gaan liggen en met hondenogen aan het aankijken. Ze weet dat het een kwestie van tijd is voordat de energie voldoende tot de man is doorgedrongen om zijn focus te verleggen. Hij lijkt ver weg te zijn, Duke zal dat vast aangevoeld hebben. Ze weet dat ze hem op dit vlak kan vertrouwen, hier is hij de allerbeste in en hij doet het met overgave. Daarom durfde ze de lijn binnen los te laten, zelfs al vond Richard dat helemaal niets. Maar Richard moet nog veel leren over haar en Duke. Het voornaamste beeld is toch nog van de demonstraties, welke dan ook, ze is er nog steeds niet achter ondanks dat ze haar brein aan het pijnigen is.